De Tweede Kamer heeft de wetsvoorstellen, die samen het Belastingplan 2017 vormen, aangenomen. Naast het Belastingplan 2017 zelf gaat het om de Wet Overige fiscale maatregelen 2017, de Fiscale vereenvoudigingswet 2017, de Wet uitfasering pensioen in eigen
beheer en overige fiscale pensioenmaatregelen en de Wet tijdelijk verlaagd tarief laadpalen met een zelfstandige aansluiting.
Bij de behandeling van het eigenlijke Belastingplan 2017 zijn drie amendementen aangenomen. Het eerste amendement zorgt ervoor dat de verhoging van het tarief van de afvalstoffenbelasting met € 1,15 per 1.000 kilogram per 1 januari 2017 niet doorgaat.
De verhoging was het gevolg van het op nul zetten van de exportheffing. De maatregel wordt bekostigd door verlaging van de energie-investeringsaftrek (EIA) per 1 januari 2017 met 2%.
Het tweede amendement betreft het toevoegen van activiteiten met betrekking tot niet-chemische gewasbeschermingsmiddelen aan de innovatiebox. Ook dit amendement heeft een verlaging van de EIA tot gevolg, in dit geval met 0,5%.
Het derde amendement betreft een voordelige behandeling van aandelenopties voor werknemers van innovatieve startende bedrijven. Deze regeling gaat in per 1 januari 2018. Tot een bedrag van € 50.000 aan opties wordt slechts 75% daarvan als loon aangemerkt.
De rest is vrijgesteld. De werknemer moet de aandelenopties hebben gekregen van een werkgever die op het moment van toekenning van de opties een S&O-verklaring voor starters had. De maatregel wordt gefinancierd door een verlaging van de EIA per 1 januari 2018
met 0,5%.
Bij de behandeling van de Overige Fiscale Maatregelen 2017 is een amendement aangenomen. Dat amendement regelt dat mensen een oude spaar- of beleggingshypotheek vervroegd geheel of gedeeltelijk kunnen aflossen met het gespaarde of belegde vermogen.
Nu moeten zij ten minste 15 jaar wachten voordat gebruik gemaakt kan worden van een vrijstelling van inkomstenbelasting voor het gespaarde of belegde vermogen. Alleen bij verhuizing kan nu vervroegd worden afgelost zonder belastingheffing over de uitkering.
Door het amendement wordt het mogelijk om per jaar 10% af te lossen en het restant ineens wanneer het gespaarde of belegde vermogen gelijk is aan de resterende hypotheekschuld zonder heffing van inkomstenbelasting over het gespaarde of belegde vermogen. Ook
wordt gehele aflossing aan het einde van een rentevrije periode mogelijk. Dit wordt geregeld door niet langer de eis te stellen dat ten minste 15 of 20 jaar jaarlijks premie moet zijn betaald. De lage vrijstelling na 15 jaar premiebetaling vervalt. Voor de
hoge vrijstelling volstaat dat vanaf de aanvang van de verzekering jaarlijks premie is voldaan binnen de geldende bandbreedte-eis. De indieners van het amendement verwachten dat de staatssecretaris van Financiën de Kamer voor 1 februari 2017 bericht over de
inwerkingtreding van deze regeling.