De Algemene Wet Bestuursrecht schrijft voor dat de rechtbank processtukken verzendt per brief. In de wet is geregeld wanneer een stuk aangetekend of bij brief met ontvangstbevestiging moet worden verzonden en wanneer per gewone post. De rechtbank kan van
deze voorschriften afwijken en bijvoorbeeld gebruik maken van verzending per fax. Wel moet de rechtbank er dan rekening mee houden dat de geadresseerde maatregelen moet nemen om een hem per fax toegezonden bericht dezelfde aandacht te geven als een poststuk.
De rechtbank moet daarom vooraf bekend maken dat zij per fax een termijn kan stellen voor herstel van een in potentie fataal verzuim.
De Hoge Raad heeft een uitspraak op verzet van de rechtbank vernietigd. De rechtbank had in een faxbericht aan de gemachtigde een laatste termijn gesteld. De termijn verstreek zonder een reactie, waarna de rechtbank zonder inhoudelijke beoordeling het beroep
niet ontvankelijk verklaarde. Omdat niet vaststond dat de rechtbank haar beslissing om van faxverkeer gebruik te maken aan de gemachtigde bekend had gemaakt, had de rechtbank aan het niet naleven van een in het faxbericht gestelde termijn geen voor de belanghebbende
nadelige gevolgen mogen verbinden. Dat de rechtbank in de loop van de procedure al twee keer eerder per fax een termijn had gesteld geldt niet als de bekendmaking van een besluit om gebruik te maken van faxverkeer. De Hoge Raad heeft het verzet tegen de niet-ontvankelijkverklaring
gegrond verklaard.