De Wet Werk en Zekerheid bevat de mogelijkheid om bij ministeriële regeling nadere regels te stellen. Daarvan is gebruik gemaakt door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. In de zogenaamde Ontslagregeling heeft hij nadere regels met betrekking
tot ontslag en de transitievergoeding vastgesteld. Het betreft ondermeer nadere regels met betrekking tot een redelijke grond voor ontslag, waaronder regels voor de mogelijkheid van deeltijdontslag en van ontslag bij het uitbesteden van werkzaamheden aan derden.
Daarnaast zijn regels gesteld voor het herplaatsen van werknemers in een andere passende functie en voor het bepalen van de ontslagvolgorde bij het vervallen van arbeidsplaatsen binnen een categorie uitwisselbare functies.
Deze ministeriële regeling bevat een aantal specifieke regels voor payrolling. Payrolling kent een formele werkgever, een werknemer en een opdrachtgever. De werknemer is in dienst bij de formele werkgever, maar de zeggenschap over de werknemer ligt bij opdrachtgever.
De opdrachtgever is degene die de werknemer heeft geworven en geselecteerd. De in deze regeling opgenomen regels zijn bedoeld om eenzelfde mate van bescherming tegen ontslag te bieden ten opzichte van werknemers die rechtstreeks in dienst zijn bij de opdrachtgever.
Het huidige Ontslagbesluit wordt ingetrokken per 1 juli 2015.