Onvoldoende bewijs voor opzet

Bron: Hoge Raad | 25-06-2014

Een BV verwerkte in haar administratie van het jaar 2008 een factuur met een totaalbedrag van € 95.200 inclusief € 15.200 aan omzetbelasting. De inspecteur accepteerde deze factuur niet voor de vennootschapsbelasting en de omzetbelasting. Volgens Hof Den
Haag had de BV opzettelijk een onjuiste aangifte voor de vennootschapsbelasting gedaan. Het hof vermeldde in zijn uitspraak niet op grond waarvan sprake zou zijn van opzet. Het hof verwees slechts naar “vaststaande feiten en omstandigheden”. De Hoge Raad heeft
de uitspraak van het hof vernietigd wegens onvoldoende motivering.