De werkgever is aansprakelijk voor schade die een werknemer oploopt in de uitoefening van zijn werk. De wet bepaalt dat de werkgever verplicht is om de lokalen, werktuigen en gereedschappen waarin of waarmee hij de arbeid doet verrichten zodanig in te richten
en te onderhouden en zodanige maatregelen te treffen en de nodige aanwijzingen te geven om te voorkomen dat de werknemer schade lijdt. De werkgever heeft de mogelijkheid om tegenbewijs te leveren. De werkgever kan aantonen dat hij aan zijn hiervoor genoemde
verplichtingen heeft voldaan of dat de schade het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de werknemer. De zorgplicht van de werkgever gaat heel ver.
Zo vond de kantonrechter in Eindhoven een werkgever aansprakelijk voor het verlies van een vinger door een werknemer. De werknemer had overgewerkt. Toen hij naar huis wilde gaan bleek de poort gesloten. In plaats van op zoek te gaan naar iemand met een sleutel
van de poort besloot hij over de poort te klimmen. De werknemer bleef met zijn ring hangen aan een spijl met als gevolg dat zijn vinger werd afgerukt. Volgens de kantonrechter had de werkgever niet aangetoond dat de werknemer zich bewust roekeloos had gedragen.
De enkele omstandigheid dat het ging om een hoog hek met scherpe stalen punten vond de kantonrechter onvoldoende. De werkgever had volgens de kantonrechter niet voldaan aan zijn zorgplicht. Om daaraan te voldoen had hij het bedrijfsterrein inclusief de omheining
daarvan zodanig moeten inrichten dat een werknemer redelijkerwijs geen schade zou lijden. Vlak bij de poort stond een prullenbak op een paal. Zonder gebruik te maken van de prullenbak was het niet mogelijk om over de poort te klimmen. Al eerder was een werknemer
over de poort geklommen. De werkgever had rekening moeten houden met de mogelijkheid dat een werknemer die voor een gesloten poort zou komen te staan met behulp van de prullenbak over de poort zou klimmen.